Categories
Contest Hints Uncategorized

Tips voor de beginnende contester

Sorry – only in Dutch for Belgian and Dutch readers.

Dit is een update (2021) van het originele artikel uit 2006 voor de UBA website.

2020: het jaar dat heel de wereld in zijn kot zat als gevolg van de pandemie van het coronavirus. Onze hobby bleek een ideaal tijdverdrijf want per definitie te beoefenen van in ons kot. De positieve weerslag op het competitieaspect van het radioamateurisme kon niet uitblijven. Nog nooit waren er zoveel deelnemers in de contesten. Nog nooit kregen organisatoren zoveel logs binnen. Vandaar dat het nuttig is om dit artikel eens een grondige remake te geven.

Inleiding

Iedereen heeft zo zijn favoriete aspect in de hobby. Voor mij is dit contesten. En aan het aantal contacten en de activiteit te zien, ben ik niet alleen. Mijn eerste belabberde ervaring was de UBA DX SSB in 2001. Qua resultaat een flop, maar het virus had me te pakken. En het is er niet op verbeterd. De scores en het plezier gelukkig wel! En mijn klein stationneke nog het meest.

Hoe meer ik probeer een betere operator te worden, hoe meer me dingen opvallen die de doorwinterde contestoperator heeft afgeleerd. Ik beweer niet de wijsheid in pacht te hebben, en dit is ook geen Ultieme Gids. Ik heb niet de pretentie een superoperator te zijn. Nee: ik leer gelukkig nog altijd bij. Daarom had ik graag mijn ervaringen met jullie gedeeld, en ik sta uiteraard open voor tips en suggesties.

Allereerst zijn er een aantal algemene zaken, die op alle amateurbanden gelden voor de hele hobby. Mark ON4WW heeft deze richtlijnen heel nauwgezet in kaart gebracht op zijn website:

http://www.on4ww.be/op.html

Dit is hoogwaardig leesvoer. Zo goed dat het is opgenomen in het UBA HAREC handboek en dat het ondertussen in vele talen te lezen is.

Naast deze operating practices zijn er nog een stuk of wat zaken die specifiek van toepassing zijn op de contest-operator.

Wat is contesten

In een notedop:

  • Contest = Engels voor ‘wedstrijd’
  • Tussen radioamateurs
  • Vooral op de zes klassieke HF banden
  • Kan ook op VHF / UHF / µWave
  • Single mode of mixed mode (CW, SSB, digital, EME…)
  • Georganiseerd door sponsors (CQ Magazine, ARRL, UBA, clubs…)
  • Vastgelegde datum / duur / periode
  • Met een bepaald doel (DXCC, WAS, provincies…)

Het komt er dus op neer in een vooraf vastgelegde tijdspanne (12, 24, 36 of 48 uur) zoveel mogelijk stations te contacteren en foutloos in het log te krijgen.

Enkele specifieke termen

Single operator: één enkele operator doet al het werk. Ook SO2R valt hier onder.

SO2R: Single Operator, Two Radio. Een operator gebruikt twee of meerdere radio’s maar mag tegelijk maar één signaal in de lucht zenden.

Multi-single = MOST (Multi-operator / Single transmitter): Er zijn meerdere operatoren en meerdere radio’s die overal mogen luisteren, maar het station mag tegelijk maar één signaal in de lucht hebben.

M/2: Er zijn meerdere operatoren en meerdere radio’s die overal mogen luisteren, maar het station mag tegelijk maar twee signalen in de lucht hebben.

M/M: Er zijn meerdere operatoren en meerdere radio’s die overal mogen luisteren en zenden. Typisch zijn er dus zes stations tegelijk in de lucht (een per band) en doorgaans ook een luister- of multiplier station.

Assisted: Een station dat de DX spotting cluster gebruikt om op een of andere manier informatie te krijgen over welke stations waar te werken zijn. Ook skimmer spots via het RBN vallen hier onder. Zie verder.

Cabrillo: De naam van het specifieke formaat waarin je je log moet versturen naar de contest organisator. Deze bestanden hebben meestal de vorm call.cbr of call.log. Niet verwarren met ADIF wat iets totaal anders is.

Bandmap: de grafische voorstelling van het frequentiespectrum van een amateurband in je logging software.

Have Fun!

Contesten is leuk. Dat mag je nooit uit het oog verliezen. Als het niet meer leuk is, stop er dan mee. Je kunt op alle niveaus plezier beleven aan een contest. Wat puntjes geven, nieuwe DXCC’s werken, een nieuwe antenne proberen – of er gewoon voor gààn en proberen een monsterscore neer te zetten. Let wel: 24 of 48 uur aan een stuk: het is een hondenstiel maar de voldoening achteraf valt met geen pen te beschrijven!

Is dit wel gezond?

Je kan je ook afvragen of het wel gezond is om zo lang te blijven zitten in de shack. Ik vermoed van niet. Te lang stil zitten is slecht voor de bloedsomloop en kan bloedklonters veroorzaken met alle mogelijke gevolgen van dien. Zelf verander ik regelmatig van houding en sta regelmatig recht om te stretchen. Zolang de kabel van mijn koptelefoon lang genoeg is en mijn vingers aan het toetsenbord kunnen, is er geen probleem. Eerlijk gezegd kan ik geen 24 uur in de stoel blijven zitten. Een sanitaire stop is af en toe noodzakelijk: de roep van de natuur. En 48 uur aan één stuk doen, vind ik persoonlijk zelfmoord. Het is me nog niet gelukt. Ik heb gewoon wat slaap nodig. Vandaar dat formaten waarin je slechts 36 van de 48 uren mag meedoen (WPX, WAE) me wel liggen.

Vermoeidheid is de grootste vijand, want dan doe je rare dingen. Het begint met fouten te loggen of vergeten rapporten te noteren, maar waar eindigt het? In mijn geval ergens rond 3100kHz terwijl ik me afvraag waarom ik daar niemand hoor. Wakker worden!

Vijand nummer twee voor mezelf is een slaapje doen. Ik plan een slaapje van ongeveer 90 minuten, maar soms zink ik zo diep weg in dromenland dat ik een sunrise opening mis of zo. Pijnlijk. Tussen haakjes: ik las ooit een artikel over slaapgebrek bij contesters waarin een dokter stelde dat de mens slaapt in cycli van 90 minuten. Vandaar dat als je toch even wat slaapt, je dit best doet in veelvouden van anderhalf uur omdat je dan minder kans hebt om slaapdronken te zijn als je ontwaakt.

Contesten vraagt ook een aangepast menu. Je moet uiteraard vocht opnemen. Mijn favoriet is lekker fris water. Met bubbels in CW, zonder in SSB. Alcohol is af te raden. Ook al ben je niet ladderzat van een pintje, het tast je denkvermogen aan en de combinatie met vermoeidheid is catastrofaal.

Er zijn operatoren die zweren bij suikerhoudende frisdranken, maar in grote hoeveelheden is dit wellicht niet zo goed voor de gezondheid.

Qua voedsel hou je het beter licht. De reden is dat te veel en te zwaar eten de vermoeidheid in de hand werkt, en veel input is veel output en dat is dan weer tijdverlies – als je begrijpt wat ik bedoel. Mijn favoriete contestfood is een banaan tussendoor en een boterham. De XYL kent ondertussen mijn culinaire voorkeur en bedient me tijdens het contesten op mijn wenken. Fantastisch.

Reglement lezen en categorie Kiezen!

Vooraf reglement lezen. Lees eerst het reglement. Zorg dat je de regels kent. En hou je eraan. Klaar.

Wordt het wat duidelijk?

Je hebt gekozen om het volgende weekend aan een contest deel te nemen. Een quasi volledige kalender kan je vinden onder de HF rubriek van de UBA website. Wat nu?

Lees eerst en vooral het reglement. Stel jezelf de volgende vragen:

  • Wanneer begint de contest en eindigt deze? Het klinkt evident, maar toch… Terloops: zorg dat de klok van je PC juist staat en dat je logt in UTC. Niet GMT. Niet lokaal. UTC.
  • Is er een beperking in het aantal uren activiteit? WPX en WAE bijvoorbeeld, daar mag je maar 36 van de 48 uur meedoen (als Single Op).
  • Als er een beperking is: hoe zit het met de pauzes? Eén enkel blok? Verschillende tijdsblokken? Minimale duur van een blok? Wie voor een topscore gaat, heeft er alle belang bij. Moderne log checking methodes tonen meteen of je hier hebt gezondigd.
  • Wat is het rapport?
    • Een serial number of genummerd rapport oplopend van 001 tot…?
    • De CQ zone? België = 14.
    • Of is het de ITU zone? België = 27.
    • Provincie? Leeftijd?

Je kan het zo gek niet bedenken, maar soms verwacht je een rapport en krijg je iets volledig anders te horen van het tegenstation. Duidelijk iemand die de regels niet heeft gelezen.

  • Wie werkt wie? Kan je je eigen land werken? Of kan je enkel DX werken? Zo hoorde ik ooit een ON4 roepen naar ZF2NT – alleen was deze laatste in de ARRL DX CW actief en werkte hij dus enkel W/VE. Het klinkt banaal maar het is uiterst vervelend als je probeert in JIDX die zwakke JA te werken terwijl er een loeiharde UA3 naar jou roept.
  • Cluster! Dit is mijn stokpaardje. Wees aub eerlijk. Als het reglement zegt dat je geen cluster mag gebruiken, doe het dan niet. Als je het wel mag en er is een categorie assisted, stuur dan je log in als assisted. Hier zondigen velen tegen. Onwetendheid of kwade wil, ik laat het in het midden. Bij deze nogmaals een oproep: lees de regels en wees eerlijk. Vergeet niet dat er de laatste jaren in het contestwereldje heel veel is gediscussieerd over assisted versus non-assisted en dat contestsponsers onder druk staan om hier hard tegen op te treden. De middelen zijn er en het zou zonde zijn dat je call niet in de scores staat maar onderaan bij disqualified.
  • Voor wie toch de cluster wil gebruiken en dus in de assisted klasse meedoet, een woordje over self spotting. Dat doe je niet. Jezelf aankondigen in een DX spotting netwerk is heel onsportief en tegen alle spelregels in. Eigenlijk is het zelfs een beetje zielig. Het is verleidelijk, maar doe het niet.

Sommigen spotten ook hun vriend, al dan niet op aanvraag. Ook dat doe je beter niet. Wanneer het er te dik op ligt, wordt deze vriendendienst beschouwd als zichzelf spotten en kan je vriend gediskwalificeerd worden. Er zijn ook Handige Harry’s die gebruik maken van een bevriende call, de roepnaam van het clubstation of van hun oude roepnaam om zichzelf te spotten. Een ON1 die een ON4 spot waarbij de suffix van beide calls dezelfde is, dat ruikt ook sterk naar selfspotting. Ook al gezien.

  • Nog een laatste belangrijke zaak: cluster spots zitten vol fouten. Luister altijd wat de operator seint of zegt en vertrouw niet blindelings op wat gespot is. Er is altijd een flink aantal busted spots:  foutieve meldingen. Grappig wordt het wanneer je zo’n fout overneemt in je log om dan te zeggen dat je unassisted was, dus zonder hulp van de cluster. Leg het dan maar uit. Geen fictie, het komt vaker voor dan je denkt.
  • Ook het vermogen is soms een punt waarop wordt gesjoemeld. Hou u ook daar aan de regels, het is niet moeilijk. Wel verleidelijk als je een grote vacuümbuis warm hebt staan om +3kW in de ether te blazen maar of het legaal is? Er is bij mijn weten trouwens geen enkele contest waar volgens de regels meer dan 1500W is toegestaan.


QRP

Vermogen, dat brengt ons bij het volgende hete hangijzer: onze QRP vrienden. Respect voor deze kamikaze-operatoren maar toch enkele bedenkingen.

Kijk eens in de reglementering over de achtervoegsels. /M, /P, /A maar /QRP staat NIET in de lijst. Het is dus eigenlijk verboden om /QRP achter je roepnaam te zetten. Heb je trouwens al ooit iemand “/QRO” horen seinen of zeggen? Dus a.u.b. nooit CQ roepen of een DX station aanroepen met “/QRP” achter je call.

Vele operatoren hebben er zelfs een hekel aan wanneer je hen zo aanroept. Ik log het trouwens nooit. Voor mij is /QRP zinloze informatie waar ik geen boodschap aan heb. Zoals gezegd is het illegaal om dit te gebruiken. Maar vooral: door de aard van QRP signalen zijn deze doorgaans zwak en dreigen te verzinken in de ruis. Het is dus per definitie moeilijk een QRP station te werken. Bij wie ligt dan de uitdaging: het QRP station of het ontvangende station? Als de vijfwatter dan nog eens zijn roepnaam nodeloos langer maakt met de suffix /QRP dan kan dit in het heetst van de strijd danig op de zenuwen werken vooral wanneer je enkele keren “ONxxx/? /?” moet seinen om dan “/QRP” uit de ruis te vissen. Begrijp me niet verkeerd: ik heb helemaal NIETS tegen QRP, maar hang dat a.u.b. niet aan je call!

Big Guns – Small Pistols – en alles tussenin

Het is een verkeerd idee om te denken dat je met een klein en bescheiden station geen goede resultaten kan boeken of weinig plezier beleven.

Grote en hoge antennes en een gezonde dosis ERP helpen wel maar het is geen must. Zeker als beginner is het een nadeel. Staar je hier niet blind op en vergelijk met stations die vergelijkbaar zijn. Het is niet redelijk jouw station met 100W en een draaddipool te vergelijken met een station met 1500W en stacked monobanders. Hou rekening met deze beperking en pas je verwachtingen aan. Maar geef niet op en denk zeker nooit dat er niets te werken valt.

Het komt er vooral op aan een goede attitude te hebben. Weet wat je kan en geloof in jezelf. Zoals de Amerikanen zeggen: stay in the chair. Wie blijft CQ roepen en wie blijft de banden op en neer dweilen, zal zeker QSO maken ongeacht antennes en vermogen. Probeer en je zal zien.

Software

Dit is een onderwerp waar we een volledig boek kunnen over schrijven. Er zijn veel programma’s in omloop. Er zijn zelfs enkele ijzersterke programma’s die gratis zijn. Teveel om op te noemen en er verschuift regelmatig wel wat op de markt van de contestprogrammatuur.

Maar weet wel dat een DX logboek en een contest log niet hetzelfde zijn en dus ook andere eisen stellen aan de software.

Eens je een programma hebt gevonden dat aan je noden voldoet, gebruik het dan ook ten volle. En stel alle parameters goed in. Dat hangt uiteraard samen met het lezen van de regels en gekozen categorie.

www.on5zo.be/2021/02/03/how-to-edit-your-cabrillo-for-the-uba-dx-contest-2021-update/

Wie SSB voice keying gebruikt: zorg ervoor dat de opgenomen boodschappen min of meer het zelfde klinken als de live stem van de operator. Zo probeerde ik ooit een station te werken waar een vrouwenstem CQ riep maar ik telkens beantwoord werd door een mannenstem. In de QRM van de drukke band dacht ik dat er twee stations over elkaar riepen en dat dit een ander station was. Tot ik bevestiging vroeg en de operator zei dat ze Multi-Op waren en ze de opgenomen boodschappen van de YL niet hadden gewisseld voor die van de OM van vlees en bloed. Dan kan natuurlijk ook een kwestie van public relations zijn. Een YL stem trekt nu eenmaal maar aandacht. Tja.

In 2006 zei ik nog: “Voel je niet verplicht om een computer te gebruiken. Hoewel loggen op papier niet meer van deze tijd is, aanvaarden de contestsponsors nog steeds papieren en handgeschreven logs.”. Dat is vijftien jaar later compleet achterhaald. Papieren en dus handgeschreven logs lijken een ding uit het verleden en worden doorgaans ook niet meer aanvaard.

QSO maken

Hier is het allemaal om te doen. Er zijn enkele strategieën. Allereerst het zogenaamde runnen. Dit is op één frequentie blijven en CQ roepen. En hopen dat er een pile up is die de rate (aantal QSO per uur) de hoogte in jaagt. Om hier succesvol in te zijn, moet je wel een stevig signaal hebben. Anders verzuip je in de stations boven en onder jou. Erger nog: een snoodaard die voelt dat je zwak bent, parkeert zich doodleuk boven op jouw frequentie en begint CQ te roepen. De wet van de sterkste, ook al is het een verfoeilijke praktijk.

De oplossing hiervoor is om uiteraard eerst te vragen of de frequentie vrij is. Correctie: eerst LUISTEREN of de QRG vrij is (langer dan 1 microseconde uiteraard). Pas als je niets hoort gedurende enkele seconden kan je eens kort polsen of de frequentie vrij is. Beter nog is twee keer te vragen met een interval van enkele seconden. Indien er geen antwoord komt, kan je er aan beginnen. CQ Contest!

Een totaal andere aanpak maar wel nodig is Search and Pounce (S&P). Dit wil zeggen dat je een band afdraait en zoveel mogelijk stations en vooral multipliers werkt. Wie gewoon is om te runnen en zeker aan een hoge rate (100 QSO / uur of meer in CW en 200 of meer in SSB) doet dit uiteraard liever dan traagjes de banden tunen en proberen stations te werken. Proberen, inderdaad, want een pile up voor een DX station na een spot op de cluster kan knap lastig zijn om doorheen te geraken. Ook hier kan forse ERP helpen. En… wie niet sterk is, moet slim zijn. Dit betekent niet: blijven roepen en QRM’en tot het DX station uit pure wanhoop naar jou terug komt.

Wie sterk is en een luid signaal heeft in het gebied waar je denkt en hoopt het meeste QSO te rapen, kan het zich permitteren om lang op een frequentie te runnen. Zijn luide signaal zal immers de aandacht trekken en het gros van de multipliers zal in ieder geval naar hem toe komen. Doch dit is niet voor elk weggelegd en uiteraard zijn de multipliers broodnodig om een stevige score neer te zetten.

Als je in S&P een station aanroept, GEEF DAN EEN KEER (1x) DUIDELIJK je VOLLEDIGE roepnaam. Eén enkele keer, en dan luisteren. Uitzondering is RTTY uiteraard maar in CW en SSB: EEN KEER. Dikwijls gebeurt het dat ik een call neem en meteen het rapport stuur. Als ik terug in RX ga, merk ik dat het station nog eens zijn call aan het zenden is. Soms tot drie keer toe. Dat breekt het ritme. Een goede operator heeft aan één keer genoeg en indien niet zal hij er wel naar vragen.

Vermijd ook overdreven vriendelijkheid die uitmondt in langdradigheid, hoe goed bedoeld ook. “ON5ZO ON5ZO de BY5A BY5A BY5A UR 5NN 123 5NN 123 TNX ES 73 DR OM 73 DE BY5A SK”. Tijdens een gewoon QSO: graag. Tijdens contesten hou je het beter zakelijk en beknopt. Contesten is Formule 1 en geen plezieruitstap.

Sein of zeg ook niet de call van het station dat je aanroept. Meestal kent die zijn call wel. Uitzondering is twijfel bij QRM. Soms zitten de stations zo dicht op elkaar dat een naburig station denkt dat je hem roept. Enkel dan kan je de call van het CQ’ing station herhalen.

Score = Punten x Mults

Een beginnende contester staart zich dikwijls blind op het aantal QSO. De eindscore en het klassement worden echter bepaald door het totale aantal punten. Dit bekom je door het aantal QSO te vermenigvuldigen met het aantal punten per QSO en dan nog eens vermenigvuldigen met het aantal multipliers. Dit is uiteraard een deel van de tactiek. Bij DX contesten krijg je meer punten per gemaakt QSO wanneer dit een intercontinentale verbinding is. We illustreren dit met een rekenvoorbeeld uit CQ WW, de Moeder aller DX contesten. De puntenverdeling voor CQ WW ligt als volgt (enkel gezien vanuit ON):

  • ON – ON = NUL punten (0!)
  • ON – EU = 1 punt per QSO
  • ON – DX (= non-EU) = 3 punten per QSO

Sympathiek dat je al eens aangeroepen wordt door een ON, al levert dat geen punten op. Maar je moet er wel minstens één werken voor de country multiplier en de zone. Al kan je zone 14 wel gemakkelijk werken.

Verder geldt bijna het zelfde voor die tonnen DL, SP, OK etc. Eén keer werken voor de multiplier en that’s it. Want ze zijn slechts 1 punt per QSO waard.

Je moet je focussen op DX QSO want die zijn immers 3 punten waard! Dat wil zeggen dat ik aan een lage rate van 50 QSO per uur W / JA / VE elk uur 150 punten bij elkaar werk. Maar wie aan een superrate van 120 QSO per uur enkel Europeanen logt, zal zich wel amuseren maar zijn score is in datzelfde uur maar met 120 punten gestegen. Abstractie van de multipliers uiteraard. Vandaar dat je je niet mag blind staren op het aantal verbindingen. Een fout die ik in het begin al te dikwijls heb gemaakt.

Een andere fout die ik nu soms nog maak is te weinig aandacht hebben voor multipliers. Het woord zegt het zelf: vermenigvuldigers. Wie veel multipliers werkt, ziet zijn score automatisch zwaar aangroeien.

Het eindtotaal is een combinatie van veel QSO, liefst met een zo hoog mogelijke puntenwaarde per QSO en zo veel mogelijk multipliers. Niet zo simpel want deze rekensom bepaalt wel van uur tot uur en van minuut tot minuut de strategie: runnen of S&P? Traag op 20m JA werken of veel Europeanen op 40m? Waarheen draai ik de antenne? Vragen die een contester zich altijd weer stelt.

Er is geen zaligmakend recept en elke contest is weer anders. Al helpt een flinke dosis ervaring, kennis van de contest en feeling voor propagatie. ’t Is zoals in het wielrennen. Men zegt dat de beste wielrenners de koers kunnen lezen om wanneer het moment daar is te ontsnappen of om gewoon te volgen. Het is net zo in contesten.

De oplossing voor de eeuwige tweestrijd tussen runnen en S&P is SO2R, Single Operator – Two Radio. Dit wil zeggen dat je tijdens het CQ roepen op band A, multipliers zoekt op band B. Dit stelt bijkomende eisen aan de operator en zijn concentratie en uiteraard aan het station. Er is extra hardware nodig om de audio tussen beide ontvangers te schakelen, je hebt filters nodig om ontvanger B niet op te blazen met zender A etc. Niet voor beginners.

To dupe or not to dupe?

Dupe is contestjargon voor duplicate of dubbel: een station dat je aanroept dat op dezelfde band al een keer in het log staat. Velen zeggen dan “QSO B4” in CW of “QSO before” in SSB of iets dergelijks. Alweer een prangende vraag: dupes werken of niet? Antwoord: JA, ALTIJD DUPES WERKEN! Ik leg uit waarom.

Vroeger, in het pre-PC tijdperk, werd er met de hand geschreven en op papier gelogd. Je kon dus niet weten dat je drie vellen eerder een station al had gewerkt. Nadien moest je de Dupe Sheet invullen, een aparte telling van de dupes. Wie er enkele vergat, rekende dus dubbele punten aan. Als de log checker dit zag, kreeg je strafpunten. In een extreem geval van te veel dupes die niet als dusdanig gemarkeerd waren (m.a.w. de punten van de dubbele QSO in mindering gebracht) kon je gediskwalificeerd worden. Vandaag in het PC tijdperk worden dupes door de software automatisch aangeduid en als nul punten geteld. De software van de log checker haalt ze er ook uit. Dupes die als nul punten werden gelogd, vormen dus ook geen probleem meer.

Verder is het veelal tijdverspilling om iemand uit te leggen dat je hem al hebt gewerkt. Vele DX stations verstaan of spreken trouwens geen Engels. Leg het maar eens uit aan een PY of een JA die enkel zijn moedertaal spreekt. Of in CW: vele telegrafisten verstaan enkel een call en een nummertje. Vertel ze niet in CW aan 36WPM dat ze al in je log staan. Tijdverlies. Tot hier toe twee praktische redenen die misschien nog niet overtuigend zijn. Maar met het volgende fictieve voorbeeld hoop ik jullie over de streep te halen om toch dupes te werken.

Op zaterdag in CQ WW CW roep ik CQ. BY5A komt terug en ik log hem. China, mooie multiplier en waarschijnlijk de enige Chinees die ik in deze contest zal werken. Alleen heeft BY5A me gelogd als ON5GO. Op zondag roept hij me terug aan. Immers, ik ben ON5ZO en gisteren logde hij per vergissing ON5GO. Dat weet ik echter niet en hij ook niet. Dus ON5ZO is voor hem nieuw maar BY5A is voor mij een dupe. Stel nu dat ik zeg: “BY5A QSO B4”. De arme Chinees weet niet wat hem overkomt en is weg.

Na de contest, tijdens het verbeteren van de logs, gebeurt het volgende. In het log van BY5A staat ON5GO. Ofwel is er geen ON5GO actief en verliest BY5A punten omdat hij een onbestaand QSO heeft gelogd. Ofwel is er wel een QSO met hem in het log van ON5GO, maar dan klopt de tijd niet en verliest BY5A ook punten. En dat allemaal omdat ik zei: “QSO B4” en weigerde dupes te werken. Tot hier toe brute pech voor de Chinees maar daar stopt het niet. Het wordt zelfs erger.

Ik heb op een bepaald tijdstip BY5A gewerkt als multiplier MAAR DAT QSO STAAT NIET IN ZIJN LOG want hij logde immers ON5GO. Gevolg: ik verlies de multiplier EN IK WORD BESTRAFT met een aantal strafpunten omdat ik een verkeerd QSO heb gelogd. Beide partijen verliezen dus punten en krijgen in bepaalde gevallen nog eens strafpunten bij. Gewoon omdat ik een dupe niet heb gelogd.

Als ik nu gewoon op zondag BY5A zonder meer als dupe werk, wat gebeurt er dan? Eén van beide QSO in mijn log krijgt nul punten. Mooi zo: het QSO staat gevlagd als dupe. Het andere QSO is geldig en ik behoud de multiplier en krijg géén strafpunten. Met andere woorden: ik heb er baat bij om de dupe te werken!

Maar de Chinees had zich niet zo gemakkelijk mogen laten afschepen. Niemand is perfect, dus ik log ook wel fouten. Wanneer ik dan een QSO B4 te horen krijg, weet ik dat ik hoogstwaarschijnlijk een bad QSO heb (zie verder). Dat is slecht, want ik verlies niet enkel het QSO MAAR KRIJG EXTRA STRAFPUNTEN. CQ WW regels zijn niet mals. Dus ik krijg op mijn beurt van BY5A een QSO B4. Het eerste wat ik doe is kijken wat er nog in het log staat dat op BY5A lijkt. Jamaica mon’! 6Y5A is een klassieke killer in CW. Soms is het een evidente typfout die je snel kan herstellen. Dit moet snel gebeuren, in enkele seconden. Weet dus hoe je software werkt!

Is het negatief, dan ga ik aandringen bij de Chinees. In een contest met een volgnummer vraag ik hem om MIJN NUMMER dat ik aan hem zond, te geven. “BY5A DE ON5ZO PSE MY NR MY NR?”. Als hij snugger is, geeft hij me snel de nodige info. Hopelijk snapt hij ondertussen dat er iets scheelt aan mijn log en dat kost hem ook punten. Nu ja, echt snugger zou betekenen dat hij me gewoon als dupe werkt. Als hij me het nummer geeft van MIJN QSO met hem, kan ik terug gaan in mijn log naar dat QSO en kijken wat er mis was om de fout recht te zetten.

Helaas: CQ WW is een vast rapport en geen serial. Dan maar de tijd vragen, of domweg aandringen op een 2e QSO. Meestal krijg je dit wel en indien niet, sus ik me met de gedachte dat het voor hem meer zal kosten dan voor mij.

De les van vandaag: dupes werken is de boodschap! Geen tijdverlies en de foutenmarge verkleinen. De les van morgen: goed luisteren, nauwkeurig loggen en pas het QSO beëindigen als je beiden weet dat je zowel call als rapport correct in het log hebt.

Na de contest

Het log

Missie: de juiste file naar het juiste adres sturen.

Zie het reglement (alweer dat reglement) voor het emailadres of de website waar de organisator het log verwacht. Doorgaans is een Cabrillo bestand het aangewezen formaat. Bij deze richt ik een oproep aan de tientallen Belgische OM die iedere contest weer de banden afdraaien om puntjes te geven zonder zelf echt mee te doen. Uit ervaring weet ik dat er echt vrij veel van jullie in deze categorie vallen. Jullie roepnamen duiken op in de logs en jullie call staat in de Super Check Partial database. Alles wijst erop dat jullie toch wel actief zijn in de contesten in de drie modes. Alleen vinden we nooit jullie calls terug in de klassementen. Dat is enkel te verklaren omdat jullie het log niet insturen. Ik begrijp de redenering wel: veel radioamateurs schuimen de banden af om tijdens de contesten mooie DX te werken. Wanneer je niet in het competitieve aspect bent geïnteresseerd, is er ook geen reden om een log in te sturen. Het QSO staat in beide logs dus de QSL kaart komt er wel. Maar voor de contesters overal ter wereld maakt het wel degelijk een verschil uit want het overgrote deel van de QSO in een contest worden gemaakt met DXers en niet met full time contesters. Hoe meer informatie, hoe nauwkeuriger en eerlijker de scores zullen zijn.

Wie zijn call niet in de scores wil zien opduiken maar toch zijn steentje wil bijdragen tot het optimaliseren van de logchecking, kan zijn log nog altijd insturen in de categorie checklog. Ten slotte dit: soms ben je met weinig QSO toch een beetje winnaar. Zo ontving ik totaal onverwacht een certificaat van de ARRL DX SSB contest 2003 waarin ik First Place Belgium was in mijn klasse met slechts een handvol verbindingen… Ik was dan ook wel de enige Belg in SO AB LP Assisted.

LCR – UBN

Na de contest begint het werk voor de sponsor. Alle logs worden elektronisch nagekeken. Foute QSO worden verwijderd en sommige contesten trekken nog bijkomende strafpunten af voor slechte QSO. Nadien krijg je per email meestal een zogenaamd UBN of LCR. De ARRL noemt het document een Log Checking Report. Voor CQ WW heet het UBN: Unique – Bad – Nil. Het is telkens het zelfde. Even wat uitleg.

  • Unique: dit is een QSO met een callsign dat van ALLE ingestuurde logs enkel in dat van jou voorkomt en dat na controle ook niet kon worden gelinkt aan een andere call. Soms behoud je de punten maar sommige contesten schrappen deze QSO. Je verliest de punten zonder extra strafpunten. Maar dat kan pijnlijk zijn. KL9A zag zijn score in RDXC ooit zwaar afgeroomd door het verwijderen van al die uniques. Hij werd aangeroepen door veel stations die Alaska als DXCC wilden werken, maar geen log instuurden. Ze hadden enkel hem gewerkt voor de DXCC en hun roepnaam kwam in geen enkel ander log voor. Al deze QSO vlogen onverbiddelijk uit het log. Vanuit het perspectief van de contest sponsor: een pijnlijke manier om te vermijden dat mensen hun log wat gaan vetmesten met verzonnen QSO. Mochten al deze DX’ers hun log hebben ingestuurd, ZELFS MET MAAR EEN ENKEL QSO IN HET LOG, dan was er ook geen probleem geweest voor KL9A.
  • Bad: dit is een QSO dat je verkeerd hebt gelogd. Dit kan een fout rapport zijn of een typfout in de call (log van het tegenstation als bewijs). Meestal gekoppeld aan strafpunten. Dit is om de operator te stimuleren om nauwkeurig te loggen en er niet met de pet naar te gooien. Zo ken ik er wel een paar…
  • Nil. Dit staat voor Not In Log. Dit wil zeggen dat het QSO in jouw log niet terug te vinden is in het log van het tegenstation.

Het spreekt voor zich dat de nauwkeurigheid van deze rapporten afhangt van het aantal ingestuurde logs. Vandaar het belang van zoveel mogelijk ingezonden logs, hoe klein deze ook zijn.

Nieuwe technologieën

Er zijn dingen waar ik het nu moet over hebben, die vijftien jaar geleden nog niet eens bestonden. Namelijk het Reverse Beacon Network (RBN) en Remote Receivers.

Reverse Beacon Network

        8     http://www.reversebeacon.net/

Het RBN is een verzameling van zogenaamde skimmers. Dit zijn ontvangers van het type software defined radio (SDR), verbonden met een computer. Op deze computer draait de CW Skimmer software van VE3NEA. Skimmen betekent afromen en dat is wat de combinatie software en ontvanger doet. Elke beheerder van een SDR en CW Skimmer laat zijn installatie de CW en digitale subbanden 24/7 beluisteren. De software neemt van verschillende banden een groot stuk spectrum binnen en decodeert wie er op welke frequentie CQ roept.

Door al deze computers van individuele gebruikers met elkaar via het internet te verbinden, ontstaat het zogenaamde Reverse Beacon Network. Het werkt inderdaad als een omgekeerd baken. Wie CQ roept, wordt automatisch het baken en wie de informatie op het RBN bekijkt, weet wie waar zit. Buiten deze specifieke informatie krijg je meteen een zicht op welke band op welk moment open is naar welk continent. Dit is een heel waardevol instrument om real time propagatie te bekijken maar ook om bijvoorbeeld A/B vergelijkingen te doen tussen twee verschillende antennes.

We moeten dit verhaal natuurlijk ook opnemen in het contesten. Want het gebruik van RBN-spots valt natuurlijk integraal in de catagorie assisted. Bekijk het als een supercluster waarbij iedereen wie CQ roept automatisch wordt gespot door tientallen ontvangers tegelijkertijd, van over heel de wereld.

Wat betreft contesten in CW en RTTY: hier wordt nauwelijks nog manueel gespot met menselijke tussenkomst. In een contest lopen er per seconde een handvol spots binnen en in een mum van tijd zit de bandmap vol met stations. De foutenmarge is vrij klein (maar niet nul!) en er wordt geen onderscheid gemaakt. Iedereen automatisch gespot. Het spreekt voor zich dit een onmiskenbaar voordeel heeft en dus zeker als assisted moet worden aangegeven. Ik herhaal mezelf maar het is te belangrijk om er niet de nadruk op te leggen.

Zelf log ik in op ON0DXK via Telnet en gebruik de opdracht set/skimmer en set/noskimmer om RBN spots aan en uit te zetten.

Remote Receivers

Met remote receivers bedoel ik niet het bedienen van een volledig station via internet. Dit wordt nu al veel gedaan door individuele amateurs maar ook commercieel zoals Remote Ham Radio (zie remotehamradio.com). Zolang dit gebeurt volgens de geldende regels van het land waarin het station staat en binnen de beperkingen van je vergunning, is er niks aan de hand.

Met remote receivers bedoel ik hier specifiek het luisteren op ontvangers die niet tot jouw QTH behoren. Ontvangers die verderop staan opgesteld, zelfs op een ander continent. Deze techniek, soms ook webreceiver of webSDR genoemd, maakt het mogelijk om vanuit België te luisteren op een ontvanger die eender waar is opgesteld. Je kan discussiëren of dit nog allemaal amateur-radio is, en of dit een programma als DXCC niet uitholt, en wat de kunst en kunde dan nog is. Zelf ben ik er allemaal geen fan van.

Mijn betoog hier gaat over contesten en in een contest is dit natuurlijk niet toegestaan. De CQ WW regels zeggen: “Remote receivers outside of the station location are not permitted.” Dus: een extra ontvanger mag enkel als die bij het station horen. CQ WW vertaalt dat ALLES van één station in een cirkel met een diameter van 500m moet vallen. De meeste reglementen hebben regels in die zin en het gebruik ervan wordt ontmoedigd en aan banden gelegd. Je kan onder het mom van technische vooruitgang niet alles toelaten.

Het klink misschien allemaal vergezocht, maar de techniek bestaat, is makkelijk op te stellen en is ook helemaal niet duur. Wees er maar zeker van dat er heel wat gebruik wordt van gemaakt, zelfs in contesten waar het dus neerkomt op onsportief gedrag, zeg maar gerust bedrog.

Drempelvrees

Ik heb de indruk dat er veel OMs (en YL’s?) wel zouden willen in het contestgewoel duiken maar niet altijd durven. Ga ervoor! Er valt niets te verliezen, er kan niets kapot gaan. Iedereen moet (bij)leren, iedereen slaat de bal soms eens mis.

Ondanks wat velen denken zijn CW contesten een goede leerschool ook al gaat het soms wat snel. Maar je bent er zeker van dat het aanroepende station je niet zijn levensverhaal zal doorseinen. Hij zal wel regelmatig zijn call seinen dus je hebt tijd om enkele keren te luisteren. En voor het rapport kan je ook altijd voor en na jouw QSO luisteren en eventueel het volgnummer aanpassen. Je hoeft je ook niet te forceren door opeens sneller te seinen dan wat je gewoon bent. Een goede CW operator past zijn snelheid aan indien nodig. Vergeet niet dat je voor hem ook punten waard bent. Dus als je het niet hebt genomen, sein dan gerust ‘NR?’ of ‘AGN’.

Ziezo, ik hoop dat jullie hier iets aan hebben. Voor alle opmerkingen en frustraties: on5zo@uba.be

73 de Franki ON5ZO = OQ5M

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.